
Pieter Grinwis van de ChristenUnie heeft minister Sophie Hermans opgeroepen om de verplichting voor warmtepompen opnieuw in te voeren. In een commissiedebat stelde Grinwis voor dat vanaf 2029 bij het vervangen van een cv-ketel wél een (hybride) warmtepomp verplicht moet worden geplaatst. Dit voorstel komt nadat het nieuwe coalitieakkoord van 2024 juist had besloten zo’n verplichting te schrappen. De ChristenUnie wijst erop dat de verkoop van warmtepompen vorig jaar voor het eerst in 12 jaar daalde (een daling van 14%), en dat dit mede komt door het wegvallen van beleidsmaatregelen.
- Coalitieakkoord 2024: PVV, NSC, VVD en BBB schrapten de verplichting om vanaf 2026 bij ketelvervanging een warmtepomp te installeren.
- Daling verkoop: Uit CBS-cijfers bleek dat in 2024 de verkoop van warmtepompen daalde met 14% ten opzichte van 2023, na jaren van groei.
- ChristenUnie-standpunt: Kamerlid Grinwis dringt aan op heroverweging en wil een nieuwe verplichting vanaf 2029, mede als invulling van EU-regels over energiezuinig bouwen.
- Regeringsbeleid nu: Minister Hermans zet voorlopig in op subsidies (ISDE) om warmteinstallaties te stimuleren, niet op een nieuwe plicht.
Afschaffing van de verplichting in het regeerakkoord
In mei 2024 besloten de onderhandelaars van het nieuwe kabinet om de eerder geplande verplichting weg te halen. In het zogenoemde hoofdlijnenakkoord staat expliciet dat de ‘verplichting om vanaf 2026, bij het vervangen van de verwarmingsketel, een warmtepomp te moeten installeren, wordt geschrapt’. Deze maatregel was oorspronkelijk door Rutte IV beslist om de energietransitie te versnellen. Door het schrappen pleitten coalitiepartijen juist voor méér bouw en minder rigide duurzaamheidsdwang.
Dalende verkoop van warmtepompen
De marktcijfers ondersteunen de zorgen van de ChristenUnie. In 2024 daalde de verkoop van warmtepompen voor het eerst na jaren nog nooit eerder vertoond. Volgens cijfers van het CBS ging het om ruim 393.000 verkochte toestellen, 14% minder dan in 2023. Vooral de verkoop van lucht-water- en bodemwarmtepompen nam sterk af. Marktonderzoekers wijzen erop dat een gebrek aan verplichtingen en onzeker beleid bij eigenaren voor vertraging zorgt. Zoals Grinwis ook signaleerde: “De groei van warmtepompen neemt af… die daling komt mede door het besluit om niet te normeren”.
Tweede Kamerdebat en politieke standpunten
Tijdens het begrotingsdebat Klimaat & Groene Groei voerde Grinwis het woord. Hij vroeg of minister Hermans alsnog zou overwegen om de verplichting weer in te voeren, bijvoorbeeld vanaf 2029 als uitvoering van EU-regels. Volgens Grinwis zou dit de bouwsector en installateurs duidelijkheid geven. Hij zei dat het niet per se in 2026 ingevoerd hoefde te worden, maar dat 2029 haalbaar is: “het kan wel in 2029 als invulling van de Europese regels”.
Minister Hermans reageerde niet direct inhoudelijk op dit voorstel. Wel gaf VVD-er Peter de Groot in de Kamer aan dat de eerdere politieke afspraken niet zomaar ‘overnight’ tot stand kwamen. De Groot benadrukte dat het schrappen van de normering van warmtepompen geen overhaaste beslissing was, maar het resultaat van onderhandelingen. Hij voorspelde dat de exacte invulling van het klimaatbeleid zal afhangen van de uitkomst van komende verkiezingen en onderhandelingen.
Mogelijke gevolgen en vervolgstappen
Voorlopig blijft de regering vasthouden aan financiële prikkels. Minister Hermans kondigde aan de ISDE-subsidie (Investeringssubsidie duurzame energie) hoog te houden om de warmtevraag te stimuleren. De ChristenUnie en andere klimaatorganisaties houden echter de druk op, omdat een duidelijke langetermijnvisie ontbreekt. Of en wanneer de verplichting voor warmtepompen terugkomt, is nog onzeker en afhankelijk van politieke besluiten en bijvoorbeeld het woningbouwbeleid. Bijzonderheden als netcapaciteit en kosten voor consumenten spelen daarbij ook mee.
Conclusie: verplichting voor warmtepompen
De discussie rond een verplichting voor warmtepompen toont het spanningsveld tussen duurzaamheidsbeleid en politieke keuzes. De ChristenUnie pleit voor een nieuwe plicht vanaf 2029, uitgaande van Europese duurzaamheidsverplichtingen en om de markt weer op stoom te brengen. Tegelijkertijd wijzen coalitiepartijen erop dat zulke maatregelen onderdeel zijn van brede onderhandelingen, niet van eenmalige besluiten. Het blijft daarom afwachten hoe de toekomstige regering dit oppakt. Vooralsnog benadrukt het debat dat goede regie nodig blijft om de energietransitie en de beschikbaarheid van verplichting voor warmtepompen in balans te brengen.
Klaar voor de overstap naar een warmtepomp? Wij van AAA New Energy kunnen een warmtepomp vrijwel gratis leveren, neem vrijblijvend contact met ons op voor meer informatie!